Hoesten is een reactie op een prikkel in de keelholte of in de luchtwegen. Hoesten heeft bijna altijd een nuttige functie en het verwijdert stoffen uit de keelholte of luchtwegen die er niet thuishoren. Stoffen die de hoestprikkel onderdrukken, worden vooral gebruikt als er sprake is van een droge, niet-productieve hoest. Mucolytica zouden invloed hebben op de taaiheid van het slijm in de luchtwegen waardoor het ophoesten gemakkelijker zou gaan. Het bewijs hiervan is niet overtuigend. Een gezamenlijk kenmerk van de luchtwegaandoeningen is het optreden van kortademigheid. Dit kan door vernauwing van de luchtwegen (astma) of door het ophopen van taai slijm en het opzwellen van het slijmvlies in de luchtwegen (bronchitis). Astma is meestal het gevolg van een allergie en/of een vergrote gevoeligheid voor prikkels van buitenaf. Vermindering van de hoeveelheid longblaasjes is bijna altijd het gevolg van roken en wordt emfyseem genoemd. Chronische bronchitis en emfyseem worden samen aangeduid met de term COPD. Deze afkorting staat voor chronic obstructive pulmonary disease. De oorzaken van astma en COPD zijn dus verschillend en de basis van de behandeling met geneesmiddel is ook verschillend.