Het Alagille-syndroom (ags, omim *118450) is een autosomaal dominante aandoening die lever, hart, ogen, skelet en andere organen betreft. Hoofdkenmerken zijn typerende gelaatstrekken, een tekort aan intrahepatische galwegen (pilbd) dat tot een chronische cholestase leidt, en aangeboren hartafwijkingen van meestal de pulmonaalarteriën. In 1997 werd Jagged 1 (jag1) op 20p12 als voor het ontstaan van ags verantwoordelijk gen geïdentificeerd. jag1 codeert voor een ligand in de Notch signaling pathway. ags kent een grote fenotypische variabiliteit. Op grond van moleculair-genetisch onderzoek is duidelijk dat het hele klinische spectrum van ags (van geïsoleerde hartafwijking tot full-blown fenotype) door jag1-mutaties veroorzaakt kan worden.
We presenteren drie families met ags. In familie A tonen een meisje van bijna 2 jaar en haar moeder het klassieke beeld met de typische facies, chronische cholestase en een congenitaal hartgebrek. dna-onderzoek toonde een splice-site mutatie in het jag1-gen. In familie B heeft de 38-jarige vader bij ags passende verschijnselen aan hart, ogen, wervelkolom en facies, echter geen klinische leververschijnselen. Twee dochters zijn overleden aan complexe pulmonalisatresie en hadden eveneens geen cholestase. Deze familie heeft cytogenetisch een microduplicatie 20p, dna-onderzoek toonde tot nu toe geen afwijking. De patiënt uit familie C is een jongen met de typische gelaatstrekken, pilbd, perifere pulmonalisstenose en een intracraniële bloeding. Hij heeft bij moleculair onderzoek een deletie van het jag1-gen.
Samen met een literatuuroverzicht over genotype-fenotypecorrelatie bij ags onderstreept de presentatie van deze patiënten de klinische variabiliteit van het Alagille-syndroom.