Veel heroïnegebruikers roken tegenwoordig ook basecoke.Wat er over basecokegebruikers gezegd en geschreven wordt, komt meestal uit de drugshulpverlening. Misschien levert dat een vertekend beeld op en verschillen deze cliënten van de gebruikers buiten de verslavingszorg. Zijn ze bijvoorbeeld vaker allochtoon of nemen ze vaker geen heroïne? Om hier zicht op te krijgen moet je onderzoek doen buiten de muren van de drugshulpverlening. In Amsterdam interwiewden wij 439 basecokegebruikers: een veldsteekproef volgens de methodologie van ‘respondent-driven sampling’ (RDS), een variant van de sneeuwbalmethode, plus twee aselecte steekproeven van gebruikers uit respectievelijk de laagdrempelige verstrekking en bezoekers van gebruikersruimten. In dit artikel wordt vooral ingegaan op de praktijk van RDS. Ook schetsen we een profiel van de gebruikers die met de verschillende onderzoeksmethoden zijn bereikt. Met RDS blijken deels andere segmenten van de gebruikerspopulatie te worden bereikt, resulterend in een meer gevarieerd beeld van de Amsterdamse basecokegebruikers. Ruim een kwart van de RDS-respondenten heeft de laatste maand geen contact met verslavingszorg.