Angst en depressie zijn emoties die in de palliatieve fase een belangrijke rol spelen. De levensbedreigende ziekte is een ongewilde verlieservaring waaraan de patiënt en zijn omgeving zich moeten aanpassen. Professionele begeleiding door een hulpverlener kan een veilige omgeving creëren voor de patiënt waarin verdriet een plaats heeft. Een rustige dood is vaak mogelijk, hoewel er soms wel momenten van ‘paniek’ kunnen optreden.
Zowel bij angst als bij depressie is het van belang dat de hulpverlener ernaar vraagt om de ernst en het eventuele lijden dat ze veroorzaken in te schatten. Dit bespreekbaar maken is tegelijk een belangrijk onderdeel van de behandeling. Daarnaast kan medicamenteuze behandeling van de symptomen – met benzodiazepinen tegen angst en methylfenidaat tegen depressie – heel waardevol zijn. Bij een langere prognose zal de behandeling zich meer op de oorzaken moeten richten en zowel psychotherapeutische als medicamenteuze interventies omvatten.