Het verrichten van mantelzorg kan leiden tot een (te) hoge belasting. In dit artikel gaan we na in hoeverre de mate van belasting van werkende mantelzorgers samenhangt met kenmerken van hun werk (zoals de omvang van de arbeidsduur en de sector) en in hoeverre strategieën voor het combineren van betaald werk met mantelzorg die belasting (lijken te) verminderen. Daarbij wordt rekening gehouden met de objectieve belasting, persoonskenmerken van mantelzorgers en de ondersteuning door anderen. De gegevens zijn afkomstig van het onderzoek Informele hulp 2007 van het Centraal Bureau voor de Statistiek en het Sociaal en Cultureel Planbureau. De analyses richten zich op mantelzorgers tussen de 18 en 65 jaar met betaald werk (van minstens een uur per week) (n=1343). Van deze groep geeft 19% aan dat zij ernstig belast zijn door het helpen. Deze groep ervaart dat de zorg te veel op hun schouders neerkomt, dat hun zelfstandigheid in de knel raakt en dat de zorgverlening ten koste gaat van hun gezondheid. De vier strategieën, individueel afspraken maken met de werkgever, het opnemen van vakantiedagen, het gebruik van verlofregelingen en de aanpassing van de arbeidsduur, worden vaker toegepast door matig tot zwaar belaste werkende mantelzorgers. Als echter ook rekening wordt gehouden met objectieve belasting, kenmerken van mantelzorgers, het verkrijgen van mantelzorgondersteuning en werkkenmerken, dan is het effect van verlofregelingen en individuele afspraken met de werkgever niet langer significant. In het algemeen blijken werkkenmerken en werkstrategieën slechts een klein deel van de variantie in de belasting te verklaren. Net als bij niet-werkende mantelzorgers, komt een hogere belasting vooral voor bij werkende mantelzorgers die intensieve en complexe zorg bieden dan wel hun partner of kind verzorgen.