Dit eerste hoofdstuk gaat over datgene waarmee seksualiteit en intimiteit begint en eindigt: de persoonlijke beleving van mensen. De belangrijkste begrippen (intimiteit, erotiek en seksualiteit) worden gedefinieerd. Er wordt een keuze gemaakt voor seksueel taalgebruik. Het verschil tussen geslacht en gender (genderidentiteit en genderexpressie) wordt behandeld. Seksuele gerichtheid (heteroseksualiteit, biseksualiteit, homoseksualiteit, aseksualiteit) en genderdiversiteit komen ruim aan bod. In een aparte paragraaf gaan we in op bi+: dit is een grote groep mensen die op beide geslachten of beide genders valt. Het begrip seksueel script wordt gepresenteerd. Daarnaast is er informatie over parafilie, zoals BDSM (Bondage & Discipline, Dominantie & Submissie), pedoseksualiteit en fetisjisme. Inzicht in de variaties in seksualiteit en gender draagt bij aan het begrijpen van de eigen gevoelens en die van cliënten. De seksuele rechten van de mens worden behandeld alsmede een passende definitie van seksuele gezondheid.