Het instrumentarium dat de bedrijfs- en verzekeringsarts tot zijn beschikking heeft om tot een objectief oordeel te komen bij een arbeids(on)geschiktheidbeoordeling is beperkt. In Nederland zijn methoden beschikbaar voor het vaststellen van de functionele (fysieke) mogelijkheden van een individu, de zogenaamde FCE-methoden. Door TNO Arbeid is in 1999 een rapport gepubliceerd waarin zes FCE-methoden, waaronder de ERGOS™ Worksimulator, werden getoetst op hun bruikbaarheid voor de beoordeling van arbeidsongeschiktheid. In dit artikel is voor de ERGOS™ Worksimulator een ‘ second opinion’-onderzoek uitgevoerd. Hierbij zijn dezelfde literatuurstudies en criteria gehanteerd als door TNO Arbeid.
Op basis van de resultaten wordt geconcludeerd dat de conclusie van het onderzoek van TNO Arbeid niet wordt bevestigd. De ERGOS™ Worksimulator beschikt over mogelijkheden om arbeids(on)geschiktheid vast te stellen, maar meer wetenschappelijk onderzoek is vereist naar de beoordeling(/ het beoordelingssproces) van arbeids(on)geschiktheid, mede op basis van FCE-methoden.