'Vanaf het moment dat mijn ouders zorg nodig hadden, merkte ik hoe precair en subtiel zorgrelaties zijn, ook die tussen formele zorgverlener en zorgontvangers. Mijn vader ging fysiek en mentaal achteruit en dat was een enorme belasting voor mijn moeder. Er was 24/7 zorg nodig, maar even professionele hulp invliegen is zo simpel niet. Het toelaten van een professional in je privédomein kan belastend en zelfs ontwrichtend werken in een systeem. Wat de een "schoonmaken" noemt bijvoorbeeld, kan voor de ander iets totaal anders betekenen, ook los van de taalbarrière. Mijn moeder kreeg bijvoorbeeld hulp bij de was en het stofzuigen, terwijl het haar ging om de grote dingen, zoals de ramen lappen. Die was en het stofzuigen kon ze zelf wel. Maar de generatie van mijn moeder is niet zo mondig en er komt ook een stukje cultuur bij kijken. Toen mijn vader intensieve hulp nodig had, moest hij gewassen worden. Dat gebeurde dan soms door een vrouw en dat is nogal wat in mijn cultuur. Mijn moeder had gevoelens van schaamte. Ze leed enorm onder het idee dat ze niet goed genoeg voor haar man zorgde. Dat speelt allemaal mee. We gaan daar, kijkend door een westerse bril, vaak te snel aan voorbij.