In de voorgaande hoofdstukken is veel informatie verstrekt over de actuele stand van zaken inzake beroepsprofiel, de werkvelden en zorgsituaties en een aantal ontwikkelingen daarbinnen. De bedoeling daarvan was je een globaal idee te geven van wat je kunt tegenkomen in het beroep van verpleegkundige en aan welke verwachtingen je moet leren voldoen. Deze globale kennis dient als het eerste brede referentiekader voor de rest van de opleiding.
Het verplegen zoals dat op dit moment inhoud en vorm krijgt, is sterk bepaald door de geschiedenis van de verpleging, de beroepsgroep en de gezondheidszorg(systemen). Ook allerlei maatschappelijke waarden en normen, het politieke en economische beleid, de regionale ontwikkelingen en allerlei visies op patiëntenzorg hebben een belangrijke invloed op het verplegen.
Aan de basis van het beroepsprofiel en het verpleegkundig onderwijs liggen dan ook een aantal visies ten grondslag:
-
visies op mens en omgeving
-
visies op gezondheid en ziekte
-
visies op zorg en zorgverlening.
Deze visies worden nader uitgewerkt in de volgende hoofdstukken. Daar zullen we het hebben over de theoretische uitgangspunten c.q. de basisfilosofie van de verpleegkunde. Ook in de andere boeken van de BGO-reeks zullen bepaalde aspecten van genoemde visies nader uitgewerkt worden, bijvoorbeeld in de psychologie, sociologie, antropologie enzovoort.
Dit hoofdstuk is opgebouwd rondom twee vragen: