In dit onderzoek werd gekeken naar de determinanten van gedrags- en schoolproblemen bij vijfjarige ex-premature kinderen met een zeer laag geboortegewicht. Wij onderzochten een groep van 150 kinderen met een zwangerschapsduur minder dan 32 weken of een geboortegewicht lager dan 1.500 gram. In vergelijking met de normale populatie werden bij de groep ex-premature kinderen significant meer gedragsproblemen gemeld en in deze groep bezochten meer kinderen speciaal onderwijs of waren daarvoor aangemeld. Kinderen met gedragsproblemen onderscheidden zich van kinderen zonder gedragsproblemen door een minder goede algemene gezondheid en een zwakkere cognitieve ontwikkeling. Kinderen met schoolproblemen onderscheidden zich van kinderen zonder schoolproblemen doordat voor hen vaker een beroep werd gedaan op medisch specialisten en doordat ze vaker neurologische problemen hadden. De motorische en cognitieve ontwikkeling was zwakker en dat gold ook voor taalbegrip en zinsontwikkeling. Deze bevindingen leiden tot de aanbeveling dat follow-up-onderzoek bij de start van de basisschool noodzakelijk is om risicofactoren te signaleren en verdere toename van leer- en gedragsproblemen te voorkomen.