Met de meeste jeugdigen en gezinnen gaat het goed. Toch krijgt jaarlijks 5 tot 20 procent van de jeugdigen en gezinnen psychosociale hulp omdat er zorgen of problemen zijn ten aanzien van opgroeien en opvoeden. Omdat ouders verantwoordelijk zijn voor een positieve ontwikkeling van hun kind, spelen zij als vanzelfsprekend een belangrijke rol in de zorg voor jeugd. Hulp kan direct gericht zijn op ouders, denk bijvoorbeeld aan opvoedondersteuning, waarbij aan de ontwikkeling van jeugdigen wordt gewerkt via veranderingen in het gedrag van ouders (Chaffin & Bard,
2011). Ouders spelen daarnaast een meer indirecte rol in hulpvormen waarin professionals vooral met jeugdigen werken, zoals bij individuele therapie voor jeugdigen. Ouders zijn dan cruciale partners in het zoeken van hulp, het stimuleren van hun kind, en het hanteren van en oefenen met inzichten uit de hulp in de thuissituatie (Hawley & Weisz,
2005; Kazdin, Siegel & Bass,
1990). …