In dit laatste hoofdstuk staat de ethische invalshoek op gezondheid organiseren centraal. Ethiek houdt in dat je ervoor verantwoordelijk bent om ‘andere mensen goed te doen’. Dat vergt niet alleen goed zorgen en handelen, maar ook een goede houding, verstandig oordelen en kritisch nadenken. De aandacht voor zelfredzaamheid, zelfregie en de kanteling in de gezondheidszorg is vanuit ethisch perspectief positief, maar enige argwaan is geboden. Bureaucratie is een middel om kwaliteit, te bevorderen. Tegelijk leidt bureaucratie tot meetlast en regelzucht, die de professionele autonomie van verpleegkundigen en zorgprofessionals kan ondermijnen. Het verankeren van nieuwe zorgtechnologie brengt ook verschillende ethische aandachtspunten met zich mee. Elke technologie bevat een idee over wat goed is; uit zorgtechnologie spreekt een bepaald mensbeeld en het is ingebed in een sociale structuur. Goede zorgtechnologie bevordert goede zorg en draagt op die manier bij aan gezondheid of bevordert het vermogen tot eigen regie. Toenemend kijkt de zorg naar andere bedrijfstakken om processen te verbeteren. Lean is hiervan een voorbeeld waarop gereflecteerd kan worden.