Geslachtshormonen en transseksualiteit

Transseksuelen zijn onder te verdelen in twee groepen, namelijk de primaire en secundaire transseksuelen. Deze onderverdeling verwijst onder andere naar de ontwikkelingsgeschiedenis van de genderidentiteitsproblemen. De primaire transseksuelen hebben vanaf hun kindertijd genderdisfore gevoelens en worden daarom ook wel early-onset transseksuelen genoemd. De secundaire transseksuelen werden zich pas veel later bewust van deze gevoelens (de zogenaamde late-onset transseksuelen). De groepen verschillen ook in andere opzichten van elkaar. Secundaire transseksuelen gedragen zich in de kindertijd minder extreem als een kind van het andere geslacht, melden zich later met de wens tot geslachtsaanpassing bij de hulpverlening, zijn psychisch minder stabiel, voelen zich seksueel aangetrokken tot personen van het andere geslacht (en worden daarom soms niet-homoseksuele transseksuelen genoemd) en functioneren psychisch na de behandeling wat slechter dan primaire transseksuelen. …