Context
In dit artikel presenteren we het Berkeley Puppet Interview (BPI), een leeftijdsadequaat instrument voor zelfrapportage van probleemgedrag door jonge kinderen. Tevens rapporteren we over psychometrische eigenschappen van het BPI. Bij een steekproef van 300 kinderen, gemiddelde leeftijd 7,04 jaar (SD = 1.15), werd het BPI twee keer afgenomen met een interval van één jaar. Ouders en leerkrachten vulden vragenlijsten in over het probleemgedrag van deze kinderen. De subschalen van het BPI correleren na één jaar met elkaar. Daarnaast correleren de subschalen onderling op een betekenisvolle wijze met elkaar, wat duidt op adequate congruente validiteit. Vergelijking van het BPI met externe maten is echter nodig om congruente validiteit daadwerkelijk vast te kunnen stellen.
Belangrijkste conclusie
Het BPI lijkt een instrument met adequate psychometrische eigenschappen voor zover wij dit onderzocht hebben. Met behulp van het BPI kunnen jonge kinderen op een gestandaardiseerde manier geïnterviewd worden over hun klachten.
Implicaties voor de praktijk van GZ-psychologen.
Het BPI zou in de praktijk ingezet kunnen worden als aanvulling op de diagnostische cyclus, waardoor ook zelfrapportages door jonge kinderen een steeds belangrijkere plaats kunnen innemen.