'Om vijf uur gaat mijn werktelefoon uit. Mijn cliënten zijn daaraan gewend, weten dat dit mijn werktijden zijn. Ik maak heel helder wat zij van mij mogen verwachten. Ik heb voornamelijk cliënten met een licht verstandelijke beperking, die op zichzelf wonen. Zij kunnen hun ondersteuningsvraag uitstellen tot de volgende morgen en bij spoed is er een noodnummer. Het is belangrijk dat we in de gehandicaptenzorg onze vrije tijd beschermen, want een verstoorde werk-privé-balans speelt een grote rol in het groeiende ziekteverzuim. De werkdruk stijgt door de krapte op de arbeidsmarkt en ons steeds uitgebreidere takenpakket. Daarom is het essentieel dat je je af en toe kunt opladen. Ik heb voorheen twintig jaar in de intramurale zorg gewerkt en was te intensief met mijn werk bezig. Ik werd regelmatig privé gebeld vanwege roosterproblemen en was altijd in de weer met knelpunten oplossen, tot ik me realiseerde dat je daarmee de systemen in stand houdt. Mensen in mijn omgeving wezen me er regelmatig op dat ik te veel met mijn werk bezig was, maar ik besefte dit eigenlijk later pas. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid met je werkgever. Je leiding- gevende moet je beschermen, maar jij moet ook je grenzen aangeven. De cultuur in ons vak werkt dat tegen. Ik merk nog steeds dat het heel gewoon is dat je buiten werktijd wordt gebeld en dat collega's het lastig vinden om nee te zeggen. Nu ik het anders aanpak, heb ik meer energie en ben ik effectiever in mijn werk. Je zit er minder dicht op, krijgt een meer overstijgende blik. Af en toe moet je gewoon even uitstaan. De praktijk is complex, dus dit vormt een uitdaging voor zowel werknemer als werkgever. Ga het gesprek hierover aan op basis van wederzijds respect en begrip.'