Van Steenwijk-Opdam PCE, Moll van Charante EP, Ebbens EH, Bindels PJE. Invoering van de huisartsenpost in Almere: effecten van schaalvergroting en triage op de zorgvraag. Huisarts Wet 2007;50(6):244-7. Doel Inzicht krijgen in het effect van de introductie van een centrale huisartsenpost (HAP) op de totale huisartsgeneeskundige zorgvraag en op de taakverdeling tussen huisarts en assistente of verpleegkundige. Methode We analyseerden het totale zorggebruik op basis van de contactregistraties gedurende drie maanden in zes opeenvolgende jaren; hiermee werd twee jaar voor de invoering van de HAP begonnen. Per periode berekenden we het percentage afgehandelde hulpvragen per contactsoort en per hulpverlener. Resultaten Het aantal hulpvragen, binnen en buiten kantooruren, veranderde niet door de komst van de HAP. Met de introductie van de telefonische triage handelde de doktersassistente circa 25% van alle hulpvragen zelfstandig af. Het percentage telefonische consulten door de huisarts daalde al in het eerste jaar van 31,4% naar 20,2% (verschil 11,5%; 95%-BI 10,3-12,7) en het percentage visites van 16,1% naar 9,1% (verschil 7,1%; 95%-BI 6,1-8,0). Het percentage consulten door de huisarts op de HAP bleef in de hele periode nagenoeg stabiel (ca. 37%). Het percentage contacten met de verpleegkundige is statistisch significant gestegen van 12,7% naar 17% (stijging 4,3%; 95%-BI 3,4-5,3). Conclusie De reorganisatie van de huisartsenzorg buiten kantooruren heeft niet geleid tot een groter zorggebruik, maar wel tot een taakverschuiving van telefonische adviezen naar de assistente en een duidelijke afname van aantal telefonische contacten en visites door de huisarts.