Het werk van de gz-psychologie verandert de komende jaren; er staat grote druk op de financiering van de geestelijke gezondheidszorg. In de eerste lijn wordt het aantal vergoede sessies verminderd, de aanpassingsstoornis wordt uit het basispakket gehaald en ook cliënten uit de tweede lijn moeten een eigen bijdrage betalen (Smit,
2011). Verder stijgen productienormen en nemen de administratieve verplichtingen eerder toe dan af. Wat betekent dit voor de gz-psycholoog? Psychologen hebben zorg of de cliënt nog wel gebruik zal (kunnen) maken van de psychologische hulp en zijn onzeker hoe deze zorg in Nederland zich zal ontwikkelen. Door het opvoeren van de werkdruk en het beperken van de zekerheid en vrijheden ontstaat er een stressvolle situatie die bij een ruime meerderheid het plezier in het werk doet afnemen. Hoe kun je daar als gz-psycholoog mee omgaan? In dit artikel willen we deze vragen belichten vanuit de arbeidspsychologie en vertalen naar praktijk van alledag.