Luijks HDP. Multimorbiditeit vanuit het perspectief van de huisarts. Huisarts Wet 2016;59(9):400-2.
Multimorbiditeit komt veel voor, maar in richtlijnen wordt er weinig rekening mee gehouden. Het besef groeit dat comorbiditeit een ongunstige invloed heeft op de prognose van chronische aandoeningen – bijvoorbeeld artrose en hart- en vaatziekten bij diabetes. De zorgbehoeften van patiënten met multimorbiditeit zijn echter vaak complex en verschillen per individuele patiënt. Daarom vinden huisartsen – zo is uit focusgroeponderzoek gebleken – dat de zorg voor deze patiënten in de eerste plaats patiëntgericht moet zijn. De richtlijnen voor afzonderlijke aandoeningen sluiten, ook in combinatie, vaak niet goed aan bij de situatie en zouden daarom expliciet plaats moeten inruimen voor het gezonde verstand. Het principe van evidence-based geneeskunde is immers dat het best beschikbare bewijs gecombineerd wordt met persoonlijke klinische ervaring.
Het wetenschappelijk onderzoek zou er meer rekening mee moeten houden dat het verkregen bewijs ook bruikbaar en zinvol is bij multimorbiditeit. Dat kan bijvoorbeeld door inclusiecriteria te verruimen en door naast ziektespecifieke ook generieke uitkomstmaten te hanteren. Ook ligt er een taak voor medische (vervolg)opleidingen om artsen te trainen in het gebruik van hun gezonde verstand en in de bijbehorende communicatieve vaardigheden.