Uit het enquêteonderzoek Ongevallen en Bewegen in Nederland blijkt dat in 2000-2005 gemiddeld per jaar ongeveer 1,8 miljoen letsels in Nederland ontstaan door een ongeval of tijdens sportbeoefening die medisch behandeld moeten worden. Tevens ontstaan er jaarlijks 970.000 letsels bij een verkeersongeval, arbeidsongeval of tijdens sportbeoefening waarvoor geen medische behandeling noodzakelijk is. Per ongevalscategorie zijn er risicogroepen geïdentificeerd. Belangrijke risicogroepen voor privé-ongevallen zijn onder andere vrouwen, jongeren, senioren en mensen met lagere welstandsklasse en opleiding. Mannen, jongeren tot 35 jaar en mensen met een hogere welstandsklasse en boven modaal inkomen zijn risicogroepen voor sportblessures. Jongeren tot 35 jaar en mensen met lagere welstandsklasse en een beneden modaal inkomen zijn risicogroepen voor verkeersongevallen. Mannen, 18 tot 55-jarigen en mensen die minder vaak hoger opgeleid zijn, zijn risicogroepen voor arbeidsongevallen. Uit logistische regressieanalyses is echter gebleken dat de betekenis van de risicogroepen beperkt is. De opgestelde modellen per ongevalscategorie verklaren maar weinig variantie in de afhankelijke variabelen. De indeling naar risicogroepen geeft geen extra verklaring voor het wel of niet oplopen van een letsel in één van de ongevalscategorieën. De belangrijkste kracht van OBiN blijft daarmee dat het een belangrijke aanvulling is op medische (ongevals)registraties doordat het als enige een totaalbeeld geeft van álle medisch en niet-medisch behandelde letsels in Nederland.