Meer dan 30% van de ouderen boven de 65 jaar ervaart problemen bij het slapen. Ze slapen minder snel in, liggen vaker en langer wakker en worden ook vroeger wakker. Veelvoorkomende oorzaken zijn ziekten, medicatie en een veranderde levensstijl.
Insomnia komt het meest voor en kan worden gedefinieerd als het hebben van problemen bij het inslapen of doorslapen voor een duur van minstens één maand met daardoor significante beperkingen in het dagelijks functioneren. Een ander probleem zijn stoornissen in het slaap-waakritme, waardoor de meeste ouderen vroeger op de avond moe zijn en in de ochtend eerder wakker. Het slaapapneusyndroom is eveneens een veelvoorkomende slaapstoornis met bij ouderen. Hierbij ontstaan frequente ademhalingspauzes tijdens de slaap, die leiden tot vermoeidheid overdag. Andere slaapstoornissen zijn het rustelozebenensyndroom en periodic limb movements disorder. Het slaapapneusyndroom heeft de meest ernstige gevolgen voor de gezondheid: het gaat samen met een verhoogde kans op hypertensie en hart- en vaataandoeningen, vooral beroertes lijken vaker voor te komen.
Slaapproblemen kunnen in kaart worden gebracht met behulp van een uitgebreide en op slaapklachten gerichte anamnese en mogelijk met aanvullende diagnostiek door polysomnografie (PSG).
Advies over de slaaphygiëne is in veel gevallen de eerste en belangrijkste stap in de behandeling van slaapproblemen, in het bijzonder bij insomnia. Verder kunnen slaaprestrictie, cognitieve gedragstherapie en medicatie worden ingezet en bij slaapapneusyndroom een neusmasker ’s nachts waarmee continue positieve luchtdruk wordt toegediend.