Alle in het lichaam vrijgemaakte energie verlaat het lichaam in de vorm van uitwendige arbeid of warmte. Wat de warmte betreft, wordt in het lichaam een kern en een schil onderscheiden. Hun omvang is van verschillende factoren afhankelijk en hun temperatuur verschilt. De warmte wordt actief van kern naar schil getransporteerd en op verschillende manieren via de schil aan de omgeving overgedragen. De temperatuur wordt geregeld via een temperatuurregulerend centrum, centrale en perifere chemosensoren, huidvaatregulatie, zweetsecretie, metabolisme en spieractiviteit en daarbij wordt een fysische en chemische regulatie onderscheiden. De stofwisselingsbalans geeft de verhouding aan tussen de energie-inhoud van het opgenomen voedsel en de in de vorm van arbeid of warmte afgegeven hoeveelheid. Naast de grondstofwisseling, kent men een rust- en arbeidsstofwisseling. De factoren waarvan deze afhankelijk zijn, en de wijze waarop bij lichamelijke inspanning energie wordt verkregen, worden besproken. Verder worden de begrippen hypothermie, hyperthermie en koorts uiteengezet.