Een jaar geleden kwam de kabinetsvisie op preventie en gezondheid uit: Gezond zijn, gezond blijven.1 De visie werd in het veld onmiddellijk omarmd. Op het Public Health Forum debat, waarin Lejo van der Heiden vanuit VWS de visie presenteerde, vond van der Velden (St. Radboud UMC) VWS “goed bezig” en spraken Klazinga (NPHF) en Lieber (blad G) respectievelijk van een “goede”en “mooie” nota. De NPHF sprak publiekelijk haar steun uit en haar leden wierpen zich in het debat al op implementatie van de nota zoals de “verbinding van preventie en curatie” en het “integrale gezondheidsbeleid”.2 We zijn nu een jaar verder en Lejo van der Heiden, Dirk Ruwaard en Annemiek van Bolhuis schetsen in deze Spectrum de voortgang ervan. Het leek de Spectrumredactie nuttig nu een ander gremium van publieke gezondheid aan het woord te laten komen dan bestuurders, en wel de disciplines die het in de praktijk van de publieke gezondheid moeten doen. Gekozen werd voor de epidemiologie, de infectieziektebestrijding, de jeugdgezondheidszorg en de gezondheidsbevordering. Waar staat hun beroepsuitoefening op dit moment voor, welke ontwikkeling maken zij door, en op weg waar naar toe? Twee aanpalende thema’s die van groot belang zijn voor de toekomstige bestuurlijke vormgeving van preventie worden toegelicht: de positionering van de GGD-en in de toekomst en de toenemende rol van de consument in preventie. Informerend dus, maar ook uitdagend.