Inleiding De nazorg en follow-up na behandeling van colorectaal carcinoom vinden momenteel plaats in de tweede lijn. De huisarts zou deze zorg kunnen overnemen, maar uit onderzoek blijkt dat een deel van de patiënten daar terughoudend op reageert.
Methode De onderzoekers hebben een vragenlijstonderzoek gedaan onder patiënten waarin deze voor veertien symptomen konden aangeven naar welke hulpverlener zij zouden gaan. Patiënt- en ziektekarakteristieken werden uit huisarts- en ziekenhuisdossiers gehaald.
Resultaten Er waren 260 deelnemers, met een gemiddelde leeftijd van 67 jaar en een mediane tijd na behandeling van zeven maanden. Mannen, patiënten ouder dan 65 jaar en patiënten met een chronische comorbiditeit hadden vaker een voorkeur voor de huisarts. Vrouwen, patiënten met stadium 3-ziekte en patiënten die adjuvante chemotherapie hadden ondergaan, kozen vaker voor het ziekenhuis. Voor alle symptomen gingen patiënten liever naar hun huisarts, behalve bij rectaal bloedverlies en gewichtsverlies, en wanneer ze bang waren dat de kanker was teruggekeerd. In die gevallen hebben ze geen voorkeur.
Conclusie In de huidige situatie raadplegen patiënten na behandeling voor colorectaal carcinoom vaak hun huisarts, waarbij ze voor alarmsymptomen ook de specialist bezoeken. Bij deze symptomen heeft de patiënt geen voorkeur voor een hulpverlener.