Veerman FR, Meulepas MA, Ram P. Cardiovasculaire risicofactoren bij 60-jarigen: kanttekeningen bij het hart- en vaatziekteproject. Huisarts Wet 2003;46(4):187-90.
Doel We wilden nagaan hoeveel patiënten met een hoog risico op hart- en vaatziekten (HVZ) we in ons gezondheidscentrum zouden vinden bij screening volgens het Preventie Maatwerk-model. Ook onderzochten we of bloeddrukmeting een effectief instrument is om deze patiënten op te sporen.
Methode We nodigden alle 60-jarigen in 1998 en 1999 uit om een compleet cardiovasculair risicoprofiel op te laten maken. Daarbij bepaalden we ook van elke patiënt, voorzover niet al bekend met HVZ, hypertensie, diabetes mellitus en/of hypercholesterolemie, het risico op HVZ met behulp van de risicotabellen uit de NHG-Standaard Cholesterol en de CBO-consensus Hypertensie.
Resultaten Van 99 patiënten werden de cardiovasculaire risico-factoren geïnventariseerd (deelname 66%). Van 70 patiënten (32 mannen, 38 vrouwen) waren tevoren geen risicofactoren bekend. Wij vonden onder de 60-jarige vrouwen bijna geen hoogrisicodragers; van de 60-jarige mannen bleek daarentegen 37,5% een hoog risico te hebben.
Het ging vooral om rokende mannen met een ongunstige cholesterol/HDL-ratio. Onder patiënten met een verhoogde bloeddruk vonden wij weinig hoogrisicodragers en onder de hoogrisicodragers weinig patiënten met hoge bloeddruk.
Conclusie Screening van 60-jarigen op cardiovasculaire risicofactoren en vooral het meten van de bloeddruk is, als strategie om mensen met een hoog risico op te sporen, niet zinvol. Indien al besloten wordt tot systematische preventie van HVZ heeft het opsporen van rokende mannen de voorkeur; men kan hun bepaling van het lipidenprofiel aanbieden en aan de hand van hun risicoprofiel interventiemogelijkheden bespreken.