Onder de dosering van een geneesmiddel wordt over het algemeen verstaan: de hoeveelheid geneesmiddel die iemand per 24 uur gebruikt. Deze daghoeveelheid wordt meestal niet in één keer ingenomen, maar verdeeld over de dag. Voor elke indicatie is bekend welke hoeveelheid per keer moet worden ingenomen en hoeveel keer per dag dit moet gebeuren. Voor kinderen en ouderen gelden vaak andere doseringen dan voor volwassenen. Als van een geneesmiddel meer dan de maximale dosering wordt ingenomen, kan de bloedspiegel zo sterk stijgen dat vergiftigingsverschijnselen optreden. In de praktijk blijkt dat bij het ene geneesmiddel een geringe overschrijding van de gebruikelijke dosering al problemen oplevert, terwijl bij een ander geneesmiddel een tienvoudige overschrijding van de normale dosering geen enkel probleem geeft. De therapeutische breedte geeft het verschil aan tussen de gebruikelijke dosering en de toxische dosering. De therapeutische breedte van een stof kan groot of klein zijn. Bij een grote therapeutische breedte is het geneesmiddel redelijk ‘veilig’. Bij een kleine therapeutische breedte is het noodzakelijk heel nauwkeurig te doseren en regelmatig de bloedspiegel te controleren.