Dit hoofdstuk gaat over gezondheidsbevordering en over de rol van gedragsverandering daarbij. De begrippen gezondheid, preventie en gezondheidsbevordering worden gedefinieerd, met aandacht voor de nieuwe definitie van gezondheid. Van primaire preventie is sprake wanneer de interventie zich richt op gezonde individuen en gericht is op het voorkomen van gezondheidsproblemen. Secundaire preventie richt zich op (vroege) opsporing van symptomen zodat tijdige en adequate interventie verdere ontwikkeling van de ziekte kan voorkomen. Tertiaire preventie vindt plaats bij individuen die al een diagnose hebben, en is gericht op het voorkomen van verdere invalidering. Quarternaire preventie, tot slot, is gericht op terminaal zieken en is gericht op zo veel mogelijk behoud van kwaliteit van leven wanneer het gezondheidsprobleem niet verholpen kan worden. In de literatuur zijn voorbeelden te vinden van effectieve ergotherapeutische interventies op alle niveaus van preventie. De laatste jaren zijn ergotherapeuten in toenemende mate bezig met primaire preventie, onder andere doordat er wereldwijd steeds meer oog is voor het belang van de factor dagelijks handelen in relatie tot gezondheid en welzijn en door veranderingen in de Nederlandse gezondheidszorg. Relevante begrippen in de context van preventie zijn zelfmanagement en – met name ook bij primaire preventie – empowerment. In het kader van ergotherapeutische gezondheidsbevordering worden de begrippen occupation-focused preventie en occupation-focused gezondheidsbevordering behandeld. Gezondheidsbevorderende interventies gaan gepaard met verandering. Daarom is kennis van determinanten van gedrag en processen van gedragsverandering ook voor de ergotherapeut van belang. Verschillende gedragsdeterminanten en modellen voor gedragsverklaring en gedragsverandering worden beschreven. Tot slot wordt Intervention Mapping beschreven, een protocol dat ergotherapeuten helpt bij het uitvoeren van gezondheidsbevordering in de dagelijkse praktijk.