In dit artikel staat de vraag centraal hoe draagvlak onder stakeholders voor integrale actie voor gezondheid tot stand komt. Daartoe hebben we in samenwerking met de provincie Noord-Brabant een responsieve evaluatie opgezet waarin 32 gemeentelijke ambtenaren van verschillende beleidsterreinen bevraagd zijn op hun percepties van een Gezonde Stad, en hun ervaringen met het agenderen van integrale actie. Percepties van een Gezonde Stad leveren een beeld op van een duurzame stad met een gezond vestigingsklimaat voor talentvolle ondernemers en werknemers, die in de openbare ruimte ontmoetingen faciliteert tussen verschillende sociale groepen, en bewegen en sporten aantrekkelijk maakt. Ondanks raakvlakken onderhouden de ambtelijke stakeholders geen beleidsmatige relaties met de gezondheidssector. Bij het agenderen van integrale initiatieven hebben ambtenaren vooral geleerd van wat er niet werkt: een activistische benadering, het uitsluitend vertrouwen op wetenschappelijke ‘bewijs’ of op de morele superioriteit van gezondheid. Een belangrijke agenderingsstrategie van ambtenaren bestaat uit het mobiliseren van externe invloedrijke actoren. Daarnaast lijkt de ontwikkeling van ‘lenigheid van geest’ van belang: de persoonlijke attitude om gegeven de institutionele kokers en verantwoordingsregels flexibel te kunnen opereren. Dat contrasteert met het top down concept van IGB. Een pragmatisch-flexibel concept als ‘adaptieve integrale actie’ lijkt ons voorlopig een beter passend concept voor de analyse en versterking van gezondheidsbevordering en bescherming.