Interventies die gericht zijn op gezinnen zijn effectiever in het uitstellen en verminderen van roken en alcoholgebruik bij adolescenten dan interventies die gericht zijn op leerlingen. Het effect van dergelijke gezinsprogramma’s is vaak echter klein, mogelijk ten gevolge van de beperkte integratie van wetenschappelijk kennis over effectieve rook- en alcoholspecifieke opvoedingsaspecten. Wij adviseren om binnen bestaande gezinsgerichte interventies beter gebruik te maken van de kennis betreffende effectieve rook- en alcoholspecifieke opvoeding. Onderzoek laat namelijk zien dat rook- en alcoholspecifieke opvoeding bijdraagt aan het uitstellen en verminderen van roken en alcoholgebruik bij adolescenten. Op basis van de huidige wetenschappelijke inzichten zouden we ouders de volgende adviezen willen geven: niet of zo min mogelijk in het bijzijn van de kinderen roken of drinken, een anti-rook en anti-alcoholnorm uitdragen en zo nu en dan (niet te vaak) een constructief gesprek met de kinderen over alcoholgebruik en roken voeren. Met betrekking tot alcoholgebruik geldt daarnaast dat ouders het alcoholgebruik van hun kinderen zouden moeten verbieden en de beschikbaarheid van alcohol thuis zouden moeten beperken.