Nederland heet een geseculariseerd land te zijn, maar naar mijn mening zijn oude religies eenvoudigweg vervangen door één nieuwe: sport. De invloed hiervan op ons leven kan nauwelijks overschat worden. Niet alleen via de overheid (subsidies, politie-inzet), maar ook door het eten van chocoladerepen, het aansteken van een lamp (Nuon) of het verzekeren van onze ziektekosten (CZ) dragen we gewild of ongewild bij aan sportbeoefening omdat sponsoring in de prijs is verwerkt. Voetbalwedstrijden, zoals onlangs Engeland-Argentinië, blijken een land plat te leggen, bedrijven installeren noodgedwongen video-installaties en op nationaal niveau wordt de schade in Groot-Brittannië geschat op miljarden. Maar sport is toch goed? Inderdaad, het vermindert de morbiditeit en de mortaliteit, zoals Verheij (Huisarts Wet 2002 (6):294-8) nog eens op een rijtje zet. Mensen worden minder vaak ziek en ze bereiken een hogere leeftijd. Of toch niet? De mortaliteit aan een aantal aandoeningen zal in observatieperiodes ongetwijfeld afnemen. Maar wat mij interesseert, is vooral hoeveel tijd het extra oplevert.