Als zestienjarige verzocht mijn moeder mij een bloemkooltje aan te schaffen. Ik woonde in Leiden en trok samen met een vriend de stad in om deze belangrijke opdracht te vervullen. Bij de Stadsgehoorzaal aangekomen, ontdekten wij dat dezelfde avond de Golden Earring een concert zou geven. De kassa zag er dicht uit maar de deur stond op een kier. Dus waarom niet even binnen gekeken? Er waren mensen in de zaal en dus vroegen we of er nog kaarten waren. ‘Nee’ was het antwoord, ‘maar wel werk.’ Tien minuten later waren we als tijdelijke roadie in dienst (een soort stage on stage dus) en sjouwden met trommelkoffers, speakers en het mengpaneel (‘kijk uit, het kost een ton’). Om een uur of vijf kwam de band binnen voor de soundcheck. We werden voorgesteld, waarop Barry Hay ons vroeg: ‘Gaan jullie zo meteen mee een happie eten?’ Ik dacht even na en sprak de onvergeeflijke woorden: ‘Nee sorry.