Een gerichte allergietest is nuttig voor de diagnose van een allergische ziekte. Er worden echter veel allergietesten aangeboden en niet elke test is altijd zinnig. Bij een allergie wordt in eerste instantie een ziektekundige diagnose gesteld (astma, eczeem, hooikoorts etc.) op basis van de anamnese en vervolgens een oorzakelijke diagnose. Voor de oorzakelijke diagnose zijn de allergietesten bedoeld, maar ook hierbij is de anamnese vaak onontbeerlijk.
De diagnose van IgE-gemedieerde allergie wordt ondersteund door huidpriktesten en/of met een bloedonderzoek waarbij de hoogte van het IgE (sIgE) tegen specifieke allergenen wordt gemeten. Deze testen kunnen al vanaf jonge leeftijd ingezet worden. Bij aanhoudende twijfel kan een provocatie, zoals een placebogecontroleerde dubbelblinde voedselprovocatie, worden uitgevoerd.
Naast een IgE-gemedieerde reactie, bestaat er ook T‑celgemedieerde allergie. Contacteczeem is een voorbeeld van deze type IV-reactie. Het uitlokkende allergeen kan met een plakproef achterhaald worden.
Er is ook een aantal (online) laboratoria die IgG-testen tegen voedseleiwitten aanbieden als allergietest. Dit soort testen wordt niet aangeraden, aangezien de productie van IgG een gezonde reactie is op voedseleiwitten en er geen causale relatie bestaat met voedselallergie.