Het risico op een tweede primaire tumor – een van de meest ingrijpende late effecten van jeugdkanker – is na een behandeling voor jeugdkanker drie- tot tienmaal verhoogd. De belangrijkste therapiegerelateerde risicofactoren zijn radiotherapie en bepaalde soorten chemotherapie. Patiëntgerelateerde risicofactoren zijn langere follow-up, vrouwelijk geslacht, jongere leeftijd bij diagnose en status na de ziekte van Hodgkin of een wekedelentumor. Patiënten met een genetische predispositie (een van de bekendste en meest voorkomende is een mutatie in hetrb1-gen) vormen een aparte groep met een hoger risico. Het risico op bepaalde maligniteiten is reeds binnen vijf jaar na de behandeling van de eerste maligniteit verhoogd. Het is van groot belang dat huisartsen zich realiseren dat een overlevende van jeugdkanker het risico loopt om late effecten te ontwikkelen. Van die effecten heeft een nieuwe tumor misschien wel de grootste impact op morbiditeit en mortaliteit. Voor deze groep overlevenden zijn leefstijladviezen van groot belang.tumoren, tweede
langetermijneffecten
kinderkanker, overlevenden van
follow-up, langdurige